vrijdag 23 maart 2018

Drieteenstrandlopers: ren je rot!

Kleine vogeltjes kunnen je versteld doen staan over hun prestaties. In januari schreef ik over steenlopers, die duizenden kilometers vliegen van en naar hun broedgebied. Ook drieteenstrandlopers leggen enorme afstanden af. Door min of meer toevallige waarnemingen van een geringde vogel, bleek zo'n klein wit bolletje in vijf dagen 6000 km te hebben gevlogen. Op 11 augustus was hij gefotografeerd in Zuid-Noorwegen en op 16 augustus las een Ghanese bioloog dezelfde ringcode af op het strand van Ghana. Om Ghana zo snel te bereiken was het drieteentje de Sahara recht overgestoken. Maar qua afstand is dit nog maar een relatief klein stukje, vergeleken met de drieteenstrandloper die werd gezien in zowel Groenland als Namibië (in zuidelijk Afrika). Dat is een vlucht van 10.000 kilometer. Zulke afstanden kunnen ze alleen afleggen als ze voldoende vet hebben om onderweg te verbranden. Ze verdubbelen daarom hun gewicht voordat ze op reis gaan en wegen dan rond de 100 gram. Daarvoor moeten ze heel wat kleine hapjes verschalken die ze op de rand van land en water uit het zand proberen te pikken. Ze volgen daarbij het water van de aanrollende en wegtrekkende golven. Op Terschelling worden de beestjes heel toepasselijk 'schoemrakkers' (schuimrakkers) genoemd.
In hun noordelijke broedgebied zien de drieteentjes er wat
kleurrijker uit en past hun wetenschappelijke naam 'alba'
(wit) er niet zo goed bij.
Foto: dfaulder, wikimedia
Niet alle drieteentjes vliegen zo ver om te overwinteren, sommigen blijven aan onze kust hangen zodat wij die grappige beestjes van het najaar tot juni kunnen zien. Het is een afweging voor de vogel: gaan ze op een lange, vermoeiende tocht vol gevaren zoals stormen, naar oorden waar warm blijven weinig energie kost? Of blijven ze in koudere gebieden tijdens de arctische winter? Ze hoeven dan minder ver te reizen en lopen minder risico, maar ze moeten flink aan de bak om voldoende voedsel te verzamelen om warm te blijven. De vogeltjes in mijn filmpje hebben deze laatste optie gekozen. Ze leggen dan wel geen 10.000 km af naar hun winterkwartier maar intussen rennen ze zich rot op ons Noordzeestrand. Ze pikken met hun snaveltjes tot 2,5 centimeter diep in het zand op zoek naar kleine wormpjes, slakjes en garnaaltjes. Ze vinden het echter makkelijker om het water dit werk te laten doen en pikken in het schuim van de golven naar opgewoelde diertjes. Om zelf niet meegespoeld te worden moeten ze echter wel op tijd wegwezen. En rennen kost dan blijkbaar minder energie dan vliegen. Dus uiteindelijk leggen ze flink wat kilometers af, maar niet in de lucht.


E-mailabonnees kunnen hier klikken om het filmpje te bekijken.

Waarom heten ze drieteenstrandlopers? Omdat ze maar drie tenen hebben :). Dus de vraag is eigenlijk: waarom hebben ze maar drie tenen? Bij de meeste vogels wijzen drie tenen naar voren en eentje naar achteren. Vooral voor vogels die op takken zitten is die achterste teen van belang om zich goed vast te kunnen houden aan de tak. Bij vogels die grotendeels op de grond leven, is zo'n achterste teen maar lastig, dus bij deze soorten is de achterste teen in de loop der tijd veel kleiner geworden of helemaal verdwenen.

Geen opmerkingen: